Nadeelcompensatie

“Bestendig tikt de regen op het maaiveld”

02 jul 2024

Gevoelsmatig heeft het vanaf oktober vorig jaar tot voor kort non-stop geregend. Alhoewel alle regen van boven komt, wordt ten aanzien van de door overvloedige regenval geleden schade vaak snel naar het waterschap gewezen. Terecht of niet?

Waterschade: wie is er op aan te spreken?

De media staan vol met aangrijpende verhalen van agrariërs wiens gewassen zijn verdronken en daardoor inkomensschade lijden of van eigenaren van woningen die ondergelopen kelders hebben met de daarbij behorende herstelkosten. Al snel wordt gedacht dat het de taak van de waterschappen is om onze voeten, gewassen en kelders droog te houden en als dat de waterschappen niet lukt, dan zijn zij toch aansprakelijk voor de geleden schade, nietwaar?

De verplichtingen van waterschappen: inspannings- of resultaatsverplichting?

Waterschappen hebben, vanuit voorheen de Waterwet en nu de Omgevingswet, de wettelijke verplichting om wateroverlast en waterschaarste te voorkomen of in ieder geval zo beperkt mogelijk te houden. In het kader van deze wettelijke zorgplicht beschikt een waterschap over een scala aan instrumenten, zoals peilbesluiten, stuwen en gemalen.

Op basis van bestendige rechtspraak van (onder meer) de Hoge Raad kan evenwel worden vastgesteld dat deze zorgplicht geen resultaatsverplichting behelst, maar een inspanningsverplichting. Bij het beoordelen van de deugdelijkheid van de inspanningen van het waterschap spelen sinds jaar en dag de concrete omstandigheden van het geval, de betrokken belangen en de beperkte financiële middelen een belangrijke rol. Dit betekent dat waterschappen een zekere mate van beleidsruimte hebben om keuzen te maken, die uiteraard wel door de rechter worden getoetst.

Aansprakelijkheid van waterschappen

Indien een benadeelde (agrariër of eigenaar) van mening is dat hij of zij schade heeft geleden vanwege het handelen van het waterschap, dan staat deze benadeelde in beginsel twee sporen beschikbaar om het waterschap aansprakelijk te stellen.

Het eerste spoor is om het waterschap aansprakelijk te stellen vanwege een gestelde toerekenbare tekortkoming in de invulling van de wettelijke zorgplicht van het waterschap. Dit betreft dan een schuldaansprakelijkheidsstelling op basis van artikel 6:162 BW (onrechtmatige daad). Uit de rechtspraak kan evenwel worden vastgesteld dat het een opgave is voor de benadeelde om de vereiste toerekenbare tekortkoming en de causaliteit aannemelijk te maken. De zorgplicht is immers niet absoluut maar een inspanningsverplichting.

Het andere spoor dat bewandeld kan worden en die wij in toenemende mate zien, is het spoor van de risicoaansprakelijkheid van het stelsel van nadeelcompensatie, voorheen geregeld in artikel 7.14 Waterwet en thans geregeld in artikel 15.1 Omgevingswet jo artikel 4:126 Awb.

In een dergelijk geval wordt door de benadeelde niet gesteld dat het waterschap haar zorgplicht heeft geschonden en onrechtmatig jegens de benadeelde heeft gehandeld, maar stelt de benadeelde dat de maatregelen, handelingen, keuzen en de daaraan voorafgaande afwegingen, weliswaar als een rechtmatige invulling van de watertaken van het waterschap kunnen worden aangemerkt, maar dat de benadeelde desondanks schade heeft geleden die zo onevenredig hoog is dat deze niet voor rekening van de benadeelde kan en mag worden gelaten.

Nadeelcompensatie lijkt het meest kansrijke spoor, maar toch…

Het spoor van artikel 7.14 Waterwet / artikel 15.1 Omgevingswet heeft onmiskenbaar enkele voordelen voor de benadeelde, met name wat betreft de stelplicht met betrekking tot de toerekenbare tekortkoming in de invulling van de wettelijke zorgplicht. Zoals hiervoor gezegd, blijkt dat vaak een grote uitdaging.

Dit neemt evenwel niet weg dat ook bij het beoordelen van een verzoek om nadeelcompensatie sprake is van enkele beoordelingscriteria, waarvan de invulling in de sfeer van de benadeelde zijn gelegen. Hierbij kan met name worden gedacht aan het causaliteits- en toerekenbaarheidsvereiste. Het aantonen van de causaliteit ligt volgens vaste rechtspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State nadrukkelijk bij de benadeelde, óók bij nadeelcompensatie.

Daarnaast geldt dat het stelsel van nadeelcompensatie uitsluitend toegankelijk is, indien er sprake is geweest van een (actieve) rechtmatige handeling of maatregel in het kader van de invulling van een publieke taak of bevoegdheid van het waterschap. Al blijkt overigens uit de uitspraak van 29 november 2023 (ECLI:NL:RVS:2023:4411) dat ook de beslissing tot het niet bedienen van een stuw onder maatgevende omstandigheden aan dit vereiste voldoet.

Meer weten over deze materie?! Neem dan contact op met Peter van Bragt.