De aandacht in de rechtspraktijk is momenteel voornamelijk gericht op de veranderingen die het gevolg zullen zijn van Afdeling 15.1 Omgevingswet. Er is weinig aandacht voor “de klassieke vorm van nadeelcompensatie”, en dat is niet helemaal terecht…
Nadeelcompensatie in de Omgevingswet versus nadeelcompensatie in de Awb
Zoals bekend betreft Afdeling 15.1 Ow -kort gezegd- een samenvoeging en harmonisatie van meerdere wettelijke schadevergoedingsstelsels, waarvan de bekendste het stelsel van planschade ex artikel 6.1 Wro is. Het nieuwe schadevergoedingsstelsel wordt geduid als een nadeelcompensatieregeling. De regeling van Afdeling 15.1 Ow is vervolgens uitsluitend van toepassing op specifiek aangewezen schadeoorzaken.
Naast de nadeelcompensatieregeling van de Omgevingswet treedt echter ook titel 4.5 Awb in werking. Deze titel introduceert een algemene wettelijke regeling van nadeelcompensatie die primair een codificatie behelst van het bekende beginsel van de gelijke verdeling van de openbare lasten (het égalitébeginsel). Deze nieuwe titel van de Awb bevat diverse regels, die niet alleen van toepassing zijn op aanvragen om schadevergoeding op basis van Afdeling 15.1 Omgevingswet, maar óók betekenis hebben als zelfstandige nadeelcompensatieregeling (de “klassieke” vorm van nadeelcompensatie).
Wat betekent dat voor de gemeentelijke nadeelcompensatiepraktijk?
Dit betekent dat er na 1 januari 2023 twee wettelijke nadeelcompensatieregelingen naast elkaar bestaan, namelijk de Omgevingswet nadeelcompensatie en de Algemene wet bestuursrecht nadeelcompensatie. Deze regelingen vullen elkaar deels aan, maar sluiten op onderdelen elkaar ook uit.
De inwerkingtreding van titel 4.5 Awb zal voor veel bestuursorganen (organisatorische) aanpassingen vergen, zodat ook titel 4.5 Awb de aandacht verdient die Afdeling 15.1 Ow krijgt. Vanwege de brede(re) werking van de nadeelcompensatieregeling Awb, kan op basis van titel 4.5 Awb ook nadeelcompensatie worden gevraagd, indien de schadeoorzaak niet is genoemd in de Omgevingswet. Hierbij kan worden gedacht aan feitelijke handelingen, zoals wegwerkzaamheden, verkeersbesluiten op basis van de wegenverkeerswetgeving, besluiten op basis van de APV, onttrekkingen aan het openbaar verkeer op basis van de Wegenwet, enzovoorts.
Vaststelling nadeelcompensatieverordening: neem titel 4.5 Awb meteen mee!
Veel bestuursorganen zijn, ter vervanging van de geldende planschadeprocedure-verordening, al druk bezig met het vaststellen van een nieuwe nadeelcompensatie-verordening. Het hebben c.q. vaststellen van een dergelijke nadeelcompensatie-verordening is overigens in de toekomst niet verplicht. Maar het hebben ervan biedt wel een transparante en met waarborgen omklede regeling. Tevens kunnen bepaalde zaken uitsluitend per verordening worden geregeld, zoals de mogelijkheid van het heffen van een behandelingsvergoeding.
Het is goed om tijdens dit traject goed na te denken over een aantal zaken die geregeld kunnen worden. Zo kan de nieuwe nadeelcompensatieverordening van toepassing worden verklaard op de Ow-nadeelcompensatie, maar ook op de Awb-nadeelcompensatie. Is het verstandig om de nadeelcompensatieverordening van toepassing te verklaren op beide nadeelcompensatieregelingen? Vaak wel, al is het maar omdat zo het verschillend behandelen van nadeelcompensatieclaims wordt voorkomen.
Hoe kunnen wij u helpen?
Tenslotte is dit ook het moment om over een aantal andere zaken na te denken. Hierbij kan worden gedacht aan het volgende:
● Is het verstandig om met een (beleids)regeling te komen voor het normaal maatschappelijk risico? De Omgevingswet regelt wettelijk een aspect van het NMR, maar niet alle mogelijke invullingen ervan.
● Is het verstandig om een algemene informatiebrochure te maken voor burgers en ondernemers?
● Hoe worden de nadeelcompensatiewerkzaamheden in de organisatie geregeld c.q. waar worden deze belegd?
SAOZ heeft al veel gemeenten in dit denkproces mogen bijstaan, onder meer door het ter beschikking stellen van een modelverordening aan haar klanten. Daar blijft het echter niet bij. SAOZ kan ook meer voor gemeenten doen, zoals:
● Het opstellen van een, op de vast te stellen verordening toegesneden, volledige algemene en artikelsgewijze toelichting;
● Besluitvormingsvoorstellen ten behoeve van college en raad opstellen;
● Het gehele proces van vaststelling van de verordening als “projectleider” begeleiden, bijvoorbeeld door het geven van toelichtingen tijdens college- en/of raadsvergaderingen.
Meer weten?! Neem dan contact op met Peter van Bragt.