Wat de toekomst van Titel 4.5 Awb voor het algemene nadeelcompensatierecht ook zal brengen: duidelijk is dat de rechtsbescherming in het stelsel van nadeelcompensatie voortaan exclusief bij de bestuursrechter komt te liggen.
Wat was ook alweer de rol van de burgerlijke rechter?
Het “afscheid” van de burgerlijke rechter heeft alles te maken met de door velen toegejuichte algemene codificatie van het égalitébeginsel in Titel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht.
Tot aan de wettelijke codificatie van het nadeelcompensatierecht geldt in het kader van de rechtsbescherming nog het uitgangspunt, dat de bestuursrechter slechts bevoegd is om kennis te nemen van een beroep tegen een “nadeelcompensatiebesluit” als de bestuursrechter ook bevoegd was om te oordelen over de rechtmatigheid van de gestelde schadeoorzaak; de zogenaamde eis van de “processuele connexiteit”. Zie ook de eerdere nieuwsbrief van 29 september 2015 over dit onderwerp, die tot 1 januari 2024 nog steeds actueel is.
Indien het ontbrak aan processuele connexiteit, diende een benadeelde partij zijn of haar rechtsbescherming te zoeken bij de burgerlijke rechter, met alle hindernissen van dien. Deze praktijk werd om meerdere reden (terecht) als onwenselijk aangemerkt. Desalniettemin werd het connexiteitsvereiste streng bewaakt door de bestuursrechter; zie onder meer ABRS 23 augustus 2017, ECLI:NL:RVS:2017:2241 en ABRS d.d. 8 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2153.
Welkom bestuursrechter!
De bestuursrechter was al exclusief bevoegd in planschadezaken ex artikel 6.1 Wro, nadeelcompensatiezaken ex artikel 7.14 Waterwet en nadeelcompensatiezaken waarop voor beroep vatbaar schadeveroorzakend besluit of een nadeelcompensatieregeling van toepassing was. Tevens zou de bestuursrechter al exclusief bevoegd zijn voor toekomstige nadeelcompensatiezaken op basis van titel 15.1 Omgevingswet.
Met het in werking treden van Titel 4.5 Awb wordt afscheid genomen van de verplichte beoordeling van de “processuele connexiteit” en is de bestuursrechter exclusief bevoegd om kennis te nemen van beroepen tegen zuivere schadebesluiten ten titel van nadeelcompensatie. In het veld, en ook door SAOZ, wordt dit als een goede ontwikkeling gezien. Een verdergaande concentratie van de rechtsbescherming in nadeelcompensatiezaken zal leiden tot meer eenheid en helderheid in de rechtspraak, wat alleen maar kan worden toegejuicht.
Maar in de tussentijd?
Tot het in werking treden van Titel 4.5 Awb, maar ook daarna, bijvoorbeeld voor schadeoorzaken die dateren van voor Titel 4.5 Awb, zal de “processuele connexiteit” nog een belangrijk element zijn bij het beantwoorden van de vraag of het zuivere schadebesluit appellabel is bij de bestuursrechter. De jurisprudentie laat zien, dat dit voor degenen die niet dagelijks met deze materie te maken hebben een ingewikkelde exercitie is. Gelukkig werken er bij SAOZ meerdere specialisten die u hierbij kunnen helpen.
Heeft u hierover vragen of wilt u meer weten?! Neem dan contact op met Peter van Bragt.