De leegstandsdruk in winkelcentra is al jaren een actueel probleem. Gemeenten en de betrokken stakeholders proberen met alle macht deze problematiek op te lossen, waarbij recentelijk de “verhuissubsidie” in zwang lijkt te raken.
Een verhuissubsidie kan door gemeenten worden verstrekt aan huurders/retailers om verhuizing naar een aantrekkelijke locatie, zoals het kernwinkelgebied, te stimuleren. Een dergelijke regeling biedt, zeker voor de huurder/retailer, duidelijke voordelen. Maar hebben gemeenten wel alle risico’s goed in beeld, zoals bijvoorbeeld het risico op het vergoeden van schade bij de verhuurder/eigenaar ten titel van nadeelcompensatie?
Nadeelcompensatie en subsidieregelingen?
Binnen het stelsel van nadeelcompensatie kan om een schadevergoeding worden verzocht indien de schadeoorzaak een rechtmatige uitoefening van een publiekrechtelijke taak of bevoegdheid van een bestuursorgaan is en deze schadeoorzaak niet valt onder een wettelijke schadegrondslag, zoals artikel 6.1 Wro.
Het opstellen en het uitvoeren van een subsidieregeling, dus ook bijvoorbeeld een verhuissubsidieregeling, is aan te merken als een rechtmatige uitoefening van een publiekrechtelijke taak of bevoegdheid van een bestuursorgaan. Immers, in haar uitspraak van 30 oktober 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:3633) bevestigt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State dat het égalitébeginsel (waarop het stelsel van nadeelcompensatie is gebaseerd) ook binnen het subsidierecht in algemene zin van toepassing kan zijn.
Met andere woorden, indien een verzoek om nadeelcompensatie wordt ingediend vanwege het verstrekken van een verhuissubsidie aan de winkelier/huurder, dient een dergelijk verzoek overeenkomstig de materiële criteria van nadeelcompensatie beoordeeld te worden. Het verzoek kan niet zonder meer worden afgewezen.
Nadeelcompensatierisico’s bij de uitvoering van subsidieregelingen
Subsidieregelingen bieden een financiële prikkel om een zeker (maatschappelijk) probleem op te lossen. Echter, de financiële prikkel voor de één kan leiden tot een financieel nadeel voor de ander. Als door de gemeente een verhuissubsidie wordt verstrekt aan een huurder/winkelier, waardoor de huurder naar een andere winkellocatie vertrekt, blijft de eigenaar van het vastgoed/verhuurder achter zonder de huuropbrengsten die hij of zij eerder wel ontving van zijn, thans vertrokken, huurder.
De verhuurder lijdt dan schade en het is zeker niet uitgesloten dat de verhuurder deze schade poogt te verhalen op de partij die (volgens de verhuurder) de schade heeft veroorzaakt; bijvoorbeeld bij de gemeente die de verhuissubsidie heeft verstrekt.
Het is dan ook goed dat een gemeente die overweegt om een dergelijke subsidieregeling vast te stellen en uit te voeren, deze aansprakelijkheidsrisico’s tijdig in beeld brengt.
Welke criteria zijn dan belangrijk?
Het nadeelcompensatierecht is een bijzonder en een maatschappelijk nuttig onderdeel van het geheel aan “checks and balances” die van belang zijn bij het vormgeven van maatschappelijk betrokken overheidsbeleid. Het nadeelcompensatierecht is echter geen ongeconditioneerd schadevergoedingsstelsel. Er gelden (soms strenge) eisen en criteria waaraan voldaan moet worden, voordat een tegemoetkoming ten titel van nadeelcompensatie kan worden verkregen.
In het kader van bijvoorbeeld een verhuissubsidieregeling stel ik mij voor dat met name de aantoonbaarheid van de schade, het vereiste van causaal verband en wellicht zelfs het zelden gebruikte vereiste van de speciale last, nadrukkelijk beoordeeld dienen te worden.
Omdat dergelijke verhuissubsidieregelingen nog tamelijk nieuw zijn, kan bij de beoordeling van deze criteria nog niet makkelijk worden verwezen naar rechtspraak van de bestuursrechter. Er dient derhalve nog wat ontwikkelingswerk te worden verricht.
Wat betekent dit voor de praktijk?
Nogmaals, subsidieregelingen kunnen een belangrijk instrument zijn bij het oplossen van maatschappelijke problemen. De keuze om bijvoorbeeld een verhuissubsidieregeling op te stellen en uit te voeren, is dan ook vaak een logische en waardevolle keuze.
Echter, het gezegde “ieder voordeel heeft ook een nadeel” kan ook bij zo’n regeling opgaan, waarbij het verstrekken van een subsidie aan een huurder kan leiden tot schade bij de verhuurder, met de mogelijke aanvullende financiële risico’s voor de gemeente tot gevolg.
Een voorafgaande juridische en financiële toets kan het besluitvormingsproces verbeteren en eventuele onverwachte financiële risico’s beperken.
Meer weten?! Neem dan contact op met Peter van Bragt.