Het herbestemmen van vrijkomende agrarische percelen vraagt om een zorgvuldige aanpak. Vooraf advies vragen is hierbij verstandig.
Vrijkomend agrarisch vastgoed
Door een daling van het aantal boerenbedrijven en de schaalvergroting komt steeds meer agrarische bebouwing leeg te staan. In de periode tot 2030 zullen er in Nederland naar verwachting 24.000 agrarische bedrijven stoppen. Verwacht wordt dat gebouwen met een oppervlakte van tenminste 32 miljoen m2 hun agrarische functie zullen verliezen, waarvan ongeveer de helft een andere invulling zal kunnen vinden en de resterende helft leeg zal komen te staan. Dit is de prognose in het rapport “Vrijkomende agrarische bebouwing in het landelijk gebied” van maart 2014 (i.o.v. InnovatieNetwerk).
Aanpak landelijk gebied
Provincies en gemeenten zien vrijkomende agrarische percelen in toenemende mate als een kans voor een revitalisering van het landelijk gebied. Herbestemming naar bijvoorbeeld bedrijfsmatig vastgoed of plattelandswoningen kan de leefbaarheid verbeteren en de verrommeling van het buitengebied tegengaan. In sommige gevallen kan dit vrij vlot plaatsvinden door gebruik te maken van een wijzigingsbevoegdheid in een geldend bestemmingsplan. In andere gevallen biedt een bestemmingsplanherziening of omgevingsvergunning met afwijking van het plan uitkomst.
Effecten voor het vastgoed en de nabije omgeving
Indien een planologische wijziging plaatsvindt is wel van belang rekening te houden met de potentiële effecten daarvan voor de waarde van het vastgoed zelf en die van objecten in de nabije omgeving. Het beperken of verruimen van planologische bebouwings- en gebruiksmogelijkheden en/of het verplaatsen van een bouwvlak, kan immers leiden tot een risico op directe planschade (nadeel voor het eigen perceel) en/of indirecte planschade (nadeel voor percelen in de nabije omgeving).
Om dit na te gaan en een inschatting te krijgen van de omvang van het planschaderisico is het verstandig vooraf een “risicotoets” te laten uitvoeren (geschikt indien de procedure nog in de beginfase verkeert) of een volledige “risicoanalyse planschade” aan te vragen (geschikt indien men in een verdere fase van de procedure verkeert). Ook kunnen verschillende scenario’s worden doorgerekend.
Snel duidelijkheid
Op deze wijze is snel duidelijk welke planschadegevolgen herbestemmen met zich kan brengen en met welk scenario het planschaderisico het kleinst is.
Meer weten?! Neem dan contact op met Yvonne de Looij.